PFAS – De sterkste van de klas
Avondlezing door prof.dr. J. de Boer georganiseerd door de Groningse Chemische Kring.
Georganiseerd als Teams-meeting.
PFAS – De sterkste van de klas
Samenvatting
Organohalogeen verbindingen staan bekend om hun persistentie. Daarnaast zijn ze vaak bioaccumulatief en in veel gevallen flink toxisch. Vanaf de jaren zestig toen Rachel Carson haar boek Silent Spring publiceerde en wees op de gevaren van DDT, zijn we bekend met de zeer persistente chloorkoolwaterstoffen zoals gechloreerde dioxines en furanen, polychloorbifenylen (PCB’s) en de pesticiden DTT, dieldrin en lindaan. In de jaren negentig bleken ook de gebromeerde brandvertragers zoals polybroomdifenylethers (PBDE’s) in dit rijtje te passen. Niet lang daarna werden we ons bewust van de aanwezigheid van perfluor alkyl stoffen in het milieu, de PFAS. Van de bindingen van koolstof met de verschillende organohalogeen bindingen is de koolstof-fluor binding het sterkt, dit vanwege de kleine afmeting van het fluor atoom. Vanwege de hoge productie van Teflon en het gebruik in brandblusmiddelen zijn de PFAS net als DDT over de hele wereld verspreid en komen ze, zeker op het noordelijk halfrond, voor in ieders bloed. In Nederland leidde de aanwezigheid van PFAS in grond in 2019 tot protesten van bouwers op het Binnenhof. Vanwege de bodemverontreiniging kunnen zij nauwelijks nog grond verzetten.
PFAS is een grote groep van zo’n 6.000 fluorverbindingen, waar nog steeds stoffen aan toe worden gevoegd. In Europa loopt nu een initiatief om al deze stoffen te gaan verbieden. Echt effectief zal zo’n verbod pas worden als dat wereldwijd van kracht wordt. De analyse van PFAS, veelal met vloeistofchromatografie/massaspectrometrie kent flinke uitdagingen qua gevoeligheid en selectiviteit.
De European Food Safety Authority (EFSA) heeft een streng advies afgegeven voor de opname van PFAS. Dat is vooral gebaseerd op het effect van PFAS op het immuunsysteem van de mens. Daarnaast kennen de PFAS nog een aantal andere toxische eindpunten. Met uitzondering van de Teflon productie, zijn voor veel toepassingen inmiddels alternatieven beschikbaar.
Verkorte loopbaanbeschrijving van Prof. Dr. Jacob de Boer
Prof. de Boer is sinds 1974 werkzaam in het veld van milieuverontreiniging. Hij was in dienst van het Rijks Instituut voor Visserijonderzoek (RIVO) in IJmuiden tot 1 mei 2006, waar hij met name werkte aan de analyse van polychloorbifenylen (PCB’s) en organochloorpesticiden in vis. Door een artikel van hem in Nature (1998) over brandvertragers in potvissen heeft het onderzoek naar brandvertragers wereldwijd een enorme vlucht gekregen. De Boer is in 1995 gepromoveerd op de analyse en biomonitoring van complexe mengsels aan de VU (bij prof. Brinkman, Analytische Chemie). In 1998 ontving hij de Excellent Onderzoeker Prijs van de Wageningen Universiteit. In januari 2005 werd hij aangesteld als persoonlijk hoogleraar aan de Wageningen Universiteit bij de vakgroep Toxicologie. In 2006 werd hij hoogleraar aan de VU en Hoofd van de afdeling Chemie en Biologie van het Instituut voor Milieuvraagstukken (IVM). In de periode 2015-2017 was hij directeur van het IVM en daarna Hoofd van de afdeling Milieu en Gezondheid van de VU.
De Boer leidt een aantal Europese onderzoeksprojecten. Hij is lid van het External Scientific Advisory Panel (ESAP) van CEFIC (European Chemical Industry Council) waarin hij adviseert over het Long Range Initiative (LRI) Program. Hij is ook adviseur voor het ringtest programma QUASIMEME/WEPAL.
Sinds een aantal jaren is hij ook actief voor het Milieuprogramma van de VN (UNEP). Hij leidt daar een groot capacity building project waarin training wordt gegeven aan laboratoria in ontwikkelingslanden voor het meten van contaminanten voor de Stockholm Conventie.
De Boer heeft 235 artikelen geschreven in internationale tijdschriften. Zijn artikelen zijn ruim 12.000 maal geciteerd (h-index 55). Hij is hoofdredacteur van Chemosphere en lid van de editorial board van het Handbook of Environmental Chemistry.
Introducé(e)s zijn van harte welkom.
Graag vooraf bericht als u verwacht te komen.
Stuur daartoe een mail naar gck@kncv.nl.