Alizarine is een rood pigment dat te vinden is in de wortels van de plant meekrap (Rubia tinctorum). Alizarine kent een lange historie als kleurstof; al in 1500 voor Christus werd het in Zuid-Azië en Egypte aangetroffen. De stof leent zich goed voor de schilderkunst, maar ook voor het kleuren van textiel en leer.
In 1868 werd Alizarine als eerste kleurstof synthetisch geproduceerd na een ontdekking door twee Duitse chemici bij BASF. Zij gebruikten steenkoolteer en antraceen als grondstoffen en behandelden dit met kaliumdichromaat en geconcentreerd zwavelzuur. Door dit proces op industriële schaal toe te passen, werd de teelt van meekrap verdrongen.
Behalve als kleurstof in textiel of verf, wordt Alizarine ook gebruikt in laboratoria als kleurmiddel. Het slaat namelijk neer met calcium en is daarmee geschikt voor onderzoek aan bijvoorbeeld botweefsel. Groei van botten, ontwikkeling van osteoporose en ook vele andere cellulaire processen waar calcium bij betrokken is, zoals genexpressie, kunnen met alizarine in kaart worden gebracht.
Ook geologen maken dankbaar gebruik van de reactie tussen alizarine en calcium. Hiermee kunnen zij mineralen die rijk zijn aan calciumcarbonaat, zoals calciet en aragoniet, vinden in gesteentes.